De katalysators voor de groeiende vraag naar data binnen de levensmiddelen- en drogisterijsector zijn wetgeving, de vraag vanuit retail en de informatiebehoefte van de consument. De snelheid waarin om steeds meer productdata wordt gevraagd is enorm. Dat legt druk op de ketel. Jerry Tracey, sectormanager levensmiddelen en drogisterij GS1 Nederland: “Vraag naar data neemt toe, we moeten waakzaam blijven op de datakwaliteit.” Zo bericht GS1 Nederland aan Careality.
Verschillende dataverzoeken komen in rap tempo op de levensmiddelen- en drogisterijsector af. Het gaat dan om nieuwe data die in de GS1 datapool ingevoerd moeten worden, zoals bijvoorbeeld verpakkingsinformatie ten behoeve van milieuheffingen en productafbeeldingen.
Wetgever en retailer hebben drie urgente databehoeftes
We zien binnen de sector verschillende databehoeftes ontstaan die in elkaars verlengde liggen. Denk daarbij aan verpakkingsmateriaaldata. Retailers kunnen deze informatie gebruiken voor afvalverwerking, voldoen aan wettelijke eisen van bijvoorbeeld het Afvalfonds én werken aan het terugdringen van verpakkingsmaterialen.
Het RIVM start in 2020 met het handhaven van de wetgeving rondom de online verkoop van producten met gevaarlijke stoffen. Het is wetgeving rondom opslag, vervoer en de online verkoop van producten met gevaarlijke stoffen die steeds strenger worden. Retailers en leveranciers in de sectoren levensmiddelen en drogisterij en doe-het-zelf, tuin en dier hebben daarom afgesproken om de Safety Data Sheets (SDS) en gevaarlijke stoffendata via GS1 Data Source te delen. Verder worden productafbeeldingen voor retailers en andere data-afnemers ook steeds belangrijker. Voor hun online winkel en apps, maar ook voor interne processen zoals winkelpresentaties. Daarom willen zij hier via GS1 Data Source over kunnen beschikken.
Straks data uitwisselen in vernieuwde GS1 datapool
Jerry Tracey: “Dit zijn allemaal ‘data aanvullingen’ op de bestaande velden GS1 Data Source. Bilaterale afspraken tussen retail en leverancier voegen complexiteit en kosten toe aan de keten. Dat is waarom de sector afspraken maakt om gestandaardiseerd data uit te wisselen via de GS1 datapool. Leveranciers kunnen data in één keer aan de hele markt aanbieden. Het is GS1 Data Source die de sector in staat om gegevens op een eenduidige manier in processen te gebruiken.”
Met zo’n veelheid aan data is een samenhangende, end-to-end datapool voorwaarde. En net als dat er steeds meer eisen gesteld worden aan data, geldt dat ook voor het onderliggende systeem die dat moet kunnen dragen. Niet voor niets dat de GS1 datapool wordt vervangen en dat alle gebruikers te maken krijgen dit jaar met een vernieuwde GS1 Data Source.
Waakzaamheid op datakwaliteit geboden
De groeiende vraag naar data kan een verdere afname van datakwaliteit veroorzaken. Het invoeren van artikelgegevens in GS1 Data Source, is een tijdrovende en precieze monsterklus. Een fout ‘aan het begin van de keten’ kan verderop grote gevolgen hebben. Vaak worden datafouten pas later opgemerkt, gevoeld en moeten deze met veel inspanning worden opgelost. Het is belangrijk om het onderhouden van data te zien als ‘daily business’ en deze te inbedden in de bestaande werkzaamheden.
Betrouwbare data is verantwoordelijkheid van de sector
In de afgelopen jaren heeft de sector flinke slagen gemaakt op het gebied van datakwaliteit. Het leverde een groot bewustzijn op voor het belang van data. Immers, niet IT, niet informatiemanagement of de master data afdeling is verantwoordelijk voor datakwaliteit, maar de hele sector. Maar hoe waarborg je datakwaliteit terwijl de vraag naar data steeds verder toeneemt, de technologische vernieuwingen roepen om ingezet te worden en informatiebehoeften en processen blijven veranderen?
Jerry Tracey, sectormanager levensmiddelen en drogisterij van GS1 Nederland: “De keten functioneert enkel optimaal als we kunnen vertrouwen op goede productinformatie. We zien dat de druk groot is. Natuurlijk is een foutje in het invoeren van data zo gemaakt. Continue aandacht is nodig omdat de datakwaliteit van producten anders afneemt. En hoewel op dit moment de verminderde datakwaliteit nog geen reden tot ongerustheid is, wil ik benadrukken dat waakzaamheid en 100% datakwaliteit belangrijk blijven.”
Deel dit bericht: