Onafhankelijk vakblad voor managers in de drogisterijbranche
*/ ?>
30 mei 2017

Pensioenopbouw in eigen beheer (PEB) niet meer mogelijk

De wet uitfasering pensioen in eigen beheer – PEB – is per 1 april 2017 in werking getreden. Deze wet is bedoeld om een probleem waar veel directeuren-grootaandeelhouders mee worstelen op te lossen. Door de lage rekenrente is de pensioenvoorziening in de commerciële jaarrekening vaak fors hoger dan de fiscale pensioenvoorziening. Dat beperkt de mogelijkheden om dividend uit te keren. Uiterlijk voor 1 juli 2017 moeten de DGA’s de pensioenopbouw in eigen beheer hebben gestaakt. Uit welke mogelijkheden kan de DGA kiezen? Mr. Ewoud de Ruiter, directeur van 3RRR Belastingsadviseurs zocht het voor Careality uit.

Vanaf 1 april 2017 heeft de DGA de volgende drie mogelijkheden:

01. Alleen de pensioenopbouw staken, de bestaande pensioenrechten in stand houden
02. De pensioenrechten omzetten in een oudedagsverplichting (ODV)
03. Met korting afkopen van de pensioenrechten, waarbij de hoogste korting in 2017 (34,5%) wordt genoten en de korting in 2018 (25%) en 2019 (19,5%) wordt afgebouwd

Er spelen verschillende afwegingen om voor één van de drie opties te kiezen.

De Staatssecretaris van Financiën ziet graag een afkoop van de pensioenrechten om de staatskas te spekken. Een afkoop vindt dan plaats op basis van de fiscale waarde van de pensioenvoorziening. Daarover zal een fors bedrag aan inkomstenbelasting verschuldigd zijn. Door het pensioen niet af te kopen, maar te kiezen voor de omzetting in een ODV kan er uiteindelijk minder inkomstenbelasting verschuldigd zijn. Dan is er inkomstenbelasting verschuldigd gedurende de periode dat de ODV tot uitkering komt, dat is een periode van 20 jaar. Of er dan minder inkomstenbelasting verschuldigd is, is onder andere afhankelijk van de hoogte van het inkomen, als de ODV tot uitkering komt. Een ander voordeel van de ODV is dat deze na een overlijden van de directeur-grootaandeelhouder toekomt aan de nabestaanden, waardoor erfbelasting en mogelijk minder inkomstenbelasting verschuldigd is.

De hoogste bruto uitkering ontvangt de DGA en zijn partner door de bestaande pensioenrechten tot uitkering te laten komen. Omzetten in een ODV of nu afkopen  zal zeer waarschijnlijk minder opleveren voor de pensioengerechtigde. Het laten doorlopen van het bestaande pensioen levert fiscaal een hogere belastingdruk op en daarnaast blijven de rigide regels voor pensioen in eigen beheer van toepassing. Daarom kan omzetting in een ODV of afkoop wel interessant zijn. Voor een DGA die alle aandelen in de BV bezit maakt dat niet uit als zijn aanspraak uit pensioenrechten minder wordt, dat wordt gecompenseerd omdat de aandelen van de BV meer waard worden. Voor een (ex-)partner kan het prijsgeven van pensioenrechten wel uitmaken. Als er een partner is, die recht heeft op nabestaandenpensioen, heeft een omzetting of afkoop ook gevolgen voor het nabestaandenpensioen. Daarom moet de partner verplicht meetekenen op een speciaal daarvoor bestemd formulier. Tot slot is van belang om te vermelden dat binnen een maand nadat het besluit tot omzetting in een ODV of afkoop is genomen, dit aan de Belastingdienst gemeld moet zijn via een speciaal informatieformulier.

Alles overwegende kan geconcludeerd worden dat er niet één keuze als beste kan worden aangewezen. Dat is onder andere afhankelijk van de wensen van de DGA en zijn of haar partner. Daarnaast spelen de fiscale aspecten, welke keuze levert de minste belastingdruk op? Belangrijk is wel dat voor 1 juli aanstaande de opbouw van pensioen in eigen beheer wordt stopgezet. Gebeurt dat niet, dan kan dat ertoe leiden dat de Belastingdienst het standpunt inneemt dat het pensioen niet meer kwalificeert. In dat geval is er ineens 72% belasting verschuldigd inclusief revisierente

Ewoud de Ruiter is fiscaal jurist en directeur van 3RRR Belastingadviseurs bv 030 – 687 0 383

(bron foto: Pinkomelet)


Deel dit bericht:


Careality